Theory of Mind

Autismewoordenboek

1Theory of mind als hypothese
Stelt dat een bepaald onderzoeksobject wel of geen theory of mind vermogen heeft. Met wetenschappelijk experimenten (ToM-testen) probeert de onderzoeker de hypothese te bevestigen. De ToM hypothese van autisme is dat kinderen met autisme het ToM vermogen vertraagd of beperkt ontwikkelen.
2Theory of mind als vermogen
De vaardigheid om een ToM-test met goed gevolg af te leggen. De belangrijkste ToM test is de False Belief Test, een test die onderzoekt of iemand in staat is om zich in het perspectief van iemand anders te verplaatsen.
3Theory of mind als proces
Het geheel van stappen dat iemand neemt tijdens een ToM test. Wetenschappers hebben verschillende theorieën over hoe het ToM proces precies werkt.
4Theory of mind als mechanisme
Het netwerk in de hersenen waar het ToM vermogen gerealiseerd wordt. Door midden van hersenscans wordt onderzocht welke gebieden in de hersenen actief zijn tijdens het uitvoeren van een ToM taak.
5Theory of mind als theorie
Het geheel van inferenties dat iemand maakt over niet-observeerbare mentale toestanden van anderen. Wanneer Ben het verkeerde antwoord geeft bij een ToM test is zijn ToM niet accuraat.
Het hebben van een theory of mind is in staat zijn om [vermogen] te reflecteren op de inhoud van je eigen en anderen hun geest.

Simon Baron-Cohen

De term Theory of Mind verwijst niet naar een bewuste theorie, maar naar een aangeboren cognitief mechanisme [mechanisme] voor het representeren van mentale toestanden.

Utah Frith

Een individu heeft een theorie of mind als hij mentale toestanden toekent aan zichzelf en anderen. Een systeem van inferenties van dit soort kan passend gezien worden als een theorie.... [theorie]

David Premack & Guy Woodruff

 

Ontwikkeling

  • 1978Premack & Woodruff

    De term 'theorie of mind' wordt voor het eerst gebruikt in een artikel van David Premack & Guy Woodruff Does the chimpanzee have a theory of mind?. Zij onderzochten 'wat de aap weet over wat iemand anders weet'.

  • 1983Wimmer & Perner

    Heinz Wimmer en Josef Perner publiceren een artikel over zich typisch ontwikkelende jongere kinderen hun begrip van misleiding. Zij concluderen dat kinderen vanaf vier jaar in staat zijn om zich tegelijktijdig twee tegengestelde werkelijkheden voor te stellen.
  • 1985Leslie

    De Britse psycholoog Alan Leslie stuurt een artikel in waarin hij onderscheid maakt tussen primaire representatie en secundaire representatie. Het eerste verwijst naar een mentale voorstelling van de wereld, zoals die daadwerkelijk waargenomen kan worden. Het tweede verwijst naar een voorstelling, niet van de wereld zelf, maar van de voorstelling die een ander heeft. Dit werd eerder door Pylyshyn (1978) 'metarepresentatie' genoemd.
  • 1985Baron-Cohen

    De Theory of Mind hypothese van autisme werd voor het eerst gesteld in een artikel van de Britse cognitieve wetenschapper Uta Frith en haar PhD-kandidaat Simon Baron-Cohen. In het artikel 'Does the autistic child have a "theory of mind"? stellen zij dat kinderen met autisme slechter presteren op ToM-testen dan zich typisch ontwikkelende kinderen.

Samenstelling

'Theory of mind' is een combinatie van twee concepten: 'theory' en 'mind'.

Premack en Woodruff gebruikten de term 'theorie' om twee redenen. Ten eerste, je kunt niet direct zien wat de ander weet, denkt of gelooft. De mentale toestanden van een ander zijn niet direct te observeren. Het is iets wat je aanneemt en afleidt uit de situatie. Ten tweede, deze informatie kun je gebruiken om voorspellingen te doen over het gedrag van de ander.

Met 'mind' bedoelden Premack en Woodruff de niet-observeerbare aspecten van de geestesgesteldheid van iemand. Hoe iemand zich voelt kunnen we bijvoorbeeld afleiden uit zijn of haar gezichtsuitdrukking en wat iemand van plan is kunnen we afleiden aan het type beweging dat iemand maakt. Maar wat iemand weet en hoe iemand zich verhoudt tot die kennis is niet of veel moeilijker te observeren.

Een 'theory of mind' is dus een geheel van aannames dat iemand heeft over de overtuigingen die een ander hanteert en de voorspellingen die iemand op basis daarvan doet over het gedrag van de ander.

Theory of Mind
theory

geheel van aannames en voorspellingen

Theory of Mind
mind

wat iemand weet of denkt

 
Theory of Mind
theory of mind

aannames over wat iemand denkt en voorspelling over wat iemand zal doen

 

Kritiek

1Te negatieve benadering van autisme

Volgens critici gaat de ToM hypothese uit van een negatieve benadering van autisme. Het onderzoekt alleen wat autisten niet goed kunnen, niet wat ze wel goed kunnen.

2Niet gebaseerd op het echte leven

In ToM-testen heeft de testpersoon alleen de rol van observator. Jan moet op basis van een plaatje zeggen wat Piet doet, zonder hem zelf te zien of te spreken. Dat is niet de manier waarop we normaal met mensen omgaan.

3Gaat teveel uit van de onderzoeker

Er wordt verondersteld dat de onderzoeker het juiste antwoord weet. Wanneer kinderen wordt gevraagd of een droom in de kamer zit of in je hoofd, zeggen autistische kinderen vaker 'in de kamer'. Dat kan echter ook betekenen dat zet eenvoudigweg het concept 'droom' niet of anders begrijpen.

4Thereotizeren is een compensatie

Theoretiseren is niet de manier waarop neurotypische mensen anderen begrijpen. Ze doen dat alleen ter compensatie, wanneer de normale manier niet werkt. Het zijn juist autisten die de neiging hebben om allerlei theorieën te bedenken over anderen.

Hoewel kinderen hun concept van de geest in bepaalde aspecten theorie-achtig is, is het meer misleidend dan behulpzaam om hun begrip als theoretisch te beschouwen.

Peter Hobsen

De modellen die theory of mind theoretici creeëren zijn inadequaat, met name omdat zij niet in beschouwing nemen wat autistische mensen denken en voelen.

David Smukler

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *