Hoe ga ik om met de typische reacties van mensen op mijn ‘coming aut’?

Wanneer ik anderen vertel over mijn autisme krijg ik verschillende reacties. Hoe ga ik om met de typische reacties van mensen op mijn 'coming aut'?

Wanneer ik anderen vertel over mijn autisme krijg ik verschillende reacties. Soms maken deze reacties me boos. Soms weet ik niet hoe ik erop moet reageren. Hoe ga ik om met de typische reacties van mensen op mijn 'coming aut'?

De ander

Zegt dat ik "er niet autistisch uit ziet"
Wanneer ik anderen vertel over mijn autisme is de ander soms verbaasd dat ik autisme heb. Ik voldoe dan niet aan het stereoype beeld van autisme dat zij hebben. Of ze hebben de kenmerken van autisme nooit zo opgemerkt bij mij. Ze zeggen dan vaak dat ik "er niet autistisch uit zie". Maar de ander bedoelt het niet perse verkeerd.
Noemt een familielid dat ook autisme heeft
Wanneer ik anderen over mijn autisme vertel beginnen mensen vaak te vertellen over hun broertje die ook autisme heeft. Of hun oom die ook autisme heeft. Of de zus van hun partner die ook autisme heeft. Veel mensen kennen wel iemand die ook autisme heeft of hebben er wel iets over gezien of gelezen. Soms beginnen mensen daar over te vertellen omdat, ze niet weten wat ze moeten zeggen. Soms doen ze het omdat ze mij graag willen laten weten dat autisme hen ook raakt. Zij hebben ook met autisme te maken.
Zegt helemaal niets, reageert er gewoon niet op
Wanneer ik vertel over mijn autisme reageren mensen daar soms helemaal niet op. Ze zeggen er niks over. Ze gaan verder over iets anders. Of ze ronden het gesprek af en gaan met iemand anders praten. Veel mensen weten niet wat ze moeten zeggen.
Zegt dat "we allemaal wel een beetje autistisch zijn"
Soms zeggen mensen: 'Tegenwoordig heeft iedereen wel een etiket of een label.' Of ze zeggen: 'Zijn we niet allemaal een beetje autistisch?' Ze bedoelen dan meestal dat ze in deze tijd veel vaker horen over iemand die ADHD heeft of autisme dan vroeger en dat ze dat allemaal wat overdreven vinden. Veel mensen zijn wel eens druk of een beetje in zichzelf gekeerd. Ze vinden dat je daar niet gelijk de term 'ADHD' of 'autisme' aan moet geven.
Gelooft me niet
Soms trekken mensen mijn verhaal in twijfel als ik vertel dat ik autisme heb. Meestal zeggen ze dan niet direct, 'Ik geloof er niks van', maar stellen ze bijvoorbeeld kritische vragen: 'Sinds wanneer dan?' 'Wie heeft de diagnose gegeven dan?' Het kan zijn dat mensen met gezag dit doen omdat ze begrijpen dat ze, als het waar is wat ik zeg, verplicht zijn om rekening met me te houden.

Ik

Reageer laconiek
Ik vindt het misschien niet leuk dat de ander dit zegt, maar ik blijf rustig. Ik kan zeggen 'Nou ik ben een autist, dus zo ziet een autist er uit.' Of ik kan zeggen: 'Nou mensen met een ontwikkelingsstoornis zien er vaak jonger uit dan ze zijn, dus eigenlijk zie ik er heel autistisch uit.'
Breng de aandacht terug naar mij
Soms vindt ik het wel fijn dat iemand over een familielid met autisme vertelt. Dan vraag ik door over dat familielid: 'Hoe merk je dat aan haar? Hoe reageer je dan op hem?' Zo kom ik meer te weten over het idee dat de ander over autisme heeft en hoe de ander omgaat met iemand met autisme. Maar het ging nu over mij, dus uiteindelijk zeg ik toch: 'Oh, wat interessant. Ik hoor graag meer over je familielid met autisme, maar nu was ik even aan het vertellen was over mijn autisme, dus als je het niet erg vindt wil ik het daar nu liever over hebben.'
Laat het erbij of wordt boos
Ik vindt het niet leuk als iemand helemaal niets zegt wanneer ik over mij autisme vertel. Wanneer het iemand is die ik niet zo goed ken, kan het me niet zoveel schelen; ik ga ook gewoon met iemand anders praten. Er zijn vaak genoeg andere mensen.

Maar wanneer het iemand is die ik wel goed ken, wordt ik boos. Ik zeg: 'Ik heb net verteld dat ik autisme heb, maar je zegt helemaal niets. Dat vindt ik niet leuk. Het geeft mij het gevoel dat het niet belanrijk voor je is. Autisme heeft mij veel moeite en verdriet opgeleverd. Als je er niets over zegt, voelt het voor mij alsof dat er niet toe doet.'
Blijf rustig
Ik vindt het niet leuk als iemand mij niet serieus neemt, maar ik blijf rustig. Ik kan zeggen: 'Autisme is inderdaad een spectrum. Maar een beetje verlegen of onflexibel zijn is wat anders dan vanaf je geboorte af aan al anders zijn en daar op allerlei gebieden voortdurend tegenaan lopen.' Of ik kan zeggen: 'Gelukkig is er tegenwoordig inderdaad meer aandacht voor autisme en krijgen veel meer mensen die het hebben ook de diagnose, maar het zijn nog steeds maar 1 op de zoveel honderd mensen.' (Lees de blog "Hoeveel mensen hebben autisme?")
Kom voor mezelf op
Wanneer mijn leraar of mijn leidinggevende mijn diagnose 'onzin' of 'overdreven gedoe' vindt, mag die dat vinden. Maar die mening veranderd niets aan mijn rechten. Daarom laat ik het er niet bij zitten. Ik kan zeggen dat het door een arts is vastgesteld of vragen wat de ander nodig heeft om wel te geloven dat ik de diagnose Autisme Spectrum Stoornis heb. Ook kan ik vragen wat de ander weet over zijn plichten en over mijn rechten.

Coming aut is niet altijd even makkelijk, want empathie tonen is niet alleen voor mensen met autisme lastig. Coming aut is een goede oefening in het uiten van mijn gevoel en het opkomen voor mezelf. 

1 Comment

  1. Liz schreef:

    Verhelderend en herkenbaar, dank voor het delen van dit overzicht.

    Wel heb ik een kleine opmerking: onder het kopje ‘Laat het erbij of wordt boos’ mist een letter in de zin ‘Ik vindt het niet leuk als iemand helemaal niets zegt wanneer ik over mij autisme vertel.’ Namelijk de ‘n’ van ‘mijn’.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *